CONCRETE

tentoonstelling met werk van John Van Oers en Luc Hoekx

van 15 november tot 13 december 2015

 

      

 

 

 'The Circus part II'  gips 10 x 5 x 5 cm editie 12 ex genummerd en gesigneerd € 220  (nog beschikbaar)

 

www.johnvanoers.be/

 

'Het circus is in de stad! Je ziet, het is niet groot, het circus, het is dan ook maar een kleine stad, een dorpje, eerlijk gezegd. Het is een klein circus, maar in de verbeelding van een ventje van negen is het reusachtig, kijk maar hoeveel plaats het in beslag neemt, heel die mooie, lemen muur. Op een braakliggende grond staat het daar, uitdagend, lokkend, hoewel vlaggen en wimpels ontbreken, het is nog maar pas opgetrokken, de woonwagens met clowns en dierentemmers moeten nog komen. Het heeft geregend, door de schijnwerpers boven aan de masten wordt het circus in de plassen weerspiegeld. Een beetje een trieste aanblik, wellicht is dat ventje van negen gestraft en mag niet naar het circus, toen ging dat nog zo, of het geld is op, er was altijd wel een reden om de pret te bederven: geen geluk zonder weemoed.

 

Later, tussen de tekeningen links in de zaal, zien we de lichtmasten van het circus terug. John Van Oers put uit zijn geheugen om het geheugen van de toeschouwer aan het werk te zetten. Bedenk bij de voorwerpen die hij zo minimaal mogelijk onder uw aandacht brengt een eigen verhaal, het is een kwestie van even mijmerend wachten en er komt iets aan de oppervlakte. Een andere tekening toont scheidingslijnen: tussen twee rijhuizen, tussen een gefaald gezin, tussen ideologieën. Een hunkering naar de kindertijd: een waslijn thuis. Aan dezelfde muur dat sculptuurtje: de inhoud van een camionette, op weg naar een klus, naar het opbouwen van een tentoonstelling?

 

Een weerkerend thema: het falen van de industrie, kijk naar de installatie met de wat verzakte, ooit protserige toegangspoort, daarachter, alweer tristesse, een deel uit de serie urban landscapes, de ontmenselijkte, leegstaande fabriek. Ervoor een omheining, met een poort die open en dicht kan, ooit de parkeerplaats voor het personeel, of een corral voor het vee dat er geslacht werd.

 

Een andere installatie toont de verdeling van de inboedel na een echtscheiding, ook een weerkerend thema bij John, kijk hoe troosteloos het bed er bij staat, onbemand, onbeslapen.

 

Een wandsculptuur verbeeldt het samengepakte panorama van de Vlaamse lintbebouwing, esthetisch voorgesteld, maar wat een zonde van het verborgen landschap. Het zwembad hoort erbij, weggemoffeld achter de huizen aan de kant van de weg, wat vervaald, wat buiten proportie: het te hoog ingeschatte statussymbool. Ik dacht dat er een rattenval aan de muur hing, John zegt dat het een uitgebrande trailer is die langs de kant van een autostrade geparkeerd staat. Als ik een failliete kippenkwekerij meen te zien, zegt John dat het een gesloten vakantiekamp in Denemarken is. Zo lopen de interpretaties parallel, nodigt de kunstenaar je uit tot deelname aan het creatieve proces.'

 

 

 

 

René Hooyberghs, 11 november 2015.